(verschenen in de Pijpkrant, 2012)
Op de hoek van de Van Woustraat en Pieter Aertszstraat zit al sinds jaar en dag de bloemenstal van Sonja en Adje. Alle veranderingen in de buurt zagen ze al die tijd aan zich voorbij trekken. Winkels die verdwenen, en wat er voor in de plaats kwam. Yuppen die oude panden gingen opknappen, de totaal veranderde bevolkingssamenstelling, dat soort dingen. Daarnaast is de stal een prima plek om de voorbijgangers te observeren, en staan Sonja en Adje ook altijd open voor een praatje met vaste klanten. Buurvrouw Heleen van der Putt doet de komende tijd verslag vanuit de bloemenstal.
Bloemenbloed
Sonja is tussen de bloemen geboren, Adje heeft zijn hand in het gips vanwege het tunnelsyndroom. Maar zijn hand is nog steeds ongevoelig. Man, je bent nog erger dan een klein kind…als mannen wat hebben…Maar Adje is wel zo lief om een grote emmer leeg te halen en die voor me neer te zetten bij wijze van stoel.
De kraam is er al negentig jaar, eerst op de andere hoek, tot Albert Heijn die plek nodig had voor het laden en lossen. Sonja had dertig jaar geleden haar diploma voor de bloemen moeten halen, en alle Latijnse namen uit haar hoofd moeten leren. Toch nergens voor nodig, vinden we allebei. Toen ze het diploma had gehaald werd dat Latijn na twee, drie maanden afgeschaft. Iedereen kon ineens een bloemenstal beginnen. Net als met de Taxiwet zeg ik. We bespreken de ellende van de privatisering. Zij vullen hun zakken en onze zakken worden leeggehaald zegt Adje.
We krijgen het over Italië, de Bloemenrivièra en de mimosa die daar bloeit. Sonja en Ad zijn vaak in een plaatsje geweest aan de Adriatische kust, vlakbij Venetië. Vijftien kilometer winkelstraat heb je daar vertelt Ad. Hè?? Dat kan ik me even niet voorstellen. Dus jullie lopen daar de hele dag te shoppen? Nee hoor, we zijn op het strand. Even niets doen, je helemaal laten verzorgen, je bed wordt opgemaakt, je eten staat klaar. Anders kookt Sonja elke dag, ze slaat geen dag over, ’s ochtends vroeg maakt ze het eten al klaar. Dan hoeft ze om een uur of zeven, als ze thuiskomen, alleen nog maar de aardappels op te zetten. Om acht uur eten ze altijd. Daar heb je Clemens met z’n tekkel. Ze komen voor een koekje voor de hond, maar vandaag zijn die er niet, Sonja is bang voor ratten en muizen. De honden komen voor de koekjes, de kinderen voor de plaatjes.
Een jonge vrouw staat met vier AH tassen op een taxi te wachten. Doe je goedkoop boodschappen, pak je nog de taxi. Is wel een speciale bromt Adje, kijk dan een BMW. Maar die vrouw kan zelf nog d’r tassen dragen, die chauffeur staat rustig te wachten merkt Sonja op.
De klandizie, dat zit zo: is het goed weer dan gaan de mensen naar het strand, regent het dan blijven ze binnen. Dus een beetje ertussen in moet het zijn, daar zijn we het over eens.
Toen ze 46 jaar geleden naar Buitenveldert verhuisden heeft Sonja veel gehuild, ze miste de stad. Ik liep elke dag met mijn kinderwagen naar de stal, dan bracht mijn vader me weer terug.
Een wat oudere man komt fresia’s kopen. Mijn vrouw is gekker op fresia’s dan op mij zegt ie. Dat kan ik me voorstellen zegt Sonja, want ’t ruikt lekker!
Bloemen die blijven
Adje is hartstikke allergisch voor bloemen. Vooral chrysanten, narcissen, zonnebloemen. En lelies! Maar tegenwoordig eigenlijk overal voor. Ik krijg er jeuk van, en ik heb constant een tranend oog. Kijk dan! Vannacht lag ik nog met drie ijszakken op mijn kop. Adje vertelt dat ie eigenlijk uit de diamanten komt. Eerst slijpen, toen bedrijfsleider, dat was in de tijd dat hij nog als vrije jongen op de motor reed. Die zaak ging failliet, schuld van de baas. En ja m’n vrouw zat toen al in de bloemen, dus.
Is dit alles wat u nog heeft? Heb je zo’n grote vaas dan? Ik neem die laatste zonnebloemen. Goed schat. We gaan er even tussenuit. Even een time out zegt Sonja. See you! Roept een oud kereltje uit het niets, hij heeft een paar mooie exemplaren van oren. See you! Straatkrantverkoper Ivo krijgt cash van een vrolijke meid op een mountainbike. Daar komt een blinde uit de Albert Heijn met een wel heel lange stok, met een grote feloranje knop aan het uiteinde. De stok verdwijnt tussen de bloemen. Ho!Ho!Ho! Roept Adje. Ho!Ho!Ho! Roept de blinde man terug en haalt zijn stok terug. Waarom zo’n grote stok? Vraagt Ad zich af. Hij loopt verder, en op dat moment probeert net een witte limo de straat in te draaien. Ho, hij ramt met die stok op die auto! De blinde heeft het gelukkig snel door. Ineens ontstaat er een opstopping. De limo kan er niet in, een luxe ligscootmobiel moet eerst nog de stoep op zien te komen, dat duurt even, en er komt ook nog een auto tegen het verkeer in gereden. Wat moet je nou, roept Adje naar de mannen in de veegkar die daarna komt aangehobbeld. Bekenden, zo te zien.
Er arriveert een meneer die verzorging hoog in het vaandel heeft: achterover gekamd zilvergrijs haar, een flitsende zonnebril met wit montuur, openstaande witte bloes met een gouden kettinkje erboven. Hij grijnst z’n tanden bloot als ie zijn bloemen aanwijst. Alleen warm water hè? Ik zeg niks meer, is Sonja’s antwoord. We nemen trouwens even een time out. Moet even kunnen. En in september gaan we dan met de bus naar Spanje. Mijn man vliegt niet namelijk. ’t Is echt fantastisch, Royal Class, geen First Class hoor: er loopt een hostess in de rondte, je kunt de hele tijd koffie en thee krijgen- alle drank! roept Adje er doorheen- en je legt die stoelen helemaal naar achteren, dat zijn gewoon eigenlijk bedden. Alle drie uur kun je uitstappen. Ze gaan dus naar Benidorm, en ook naar Hongarije, maar jammer genoeg niet naar Italië, tenminste niet naar waar wij graag naartoe gaan, dat is wel hartstikke jammer. Je bent een verwende vrouw zegt de klant. Ik ben een hele verwende vrouw. Pakistaan!! Prettig weekend!
Een gezelligerd die even voor een praatje komt vraagt zich af wat we nu moeten doen, met dit weer. Ja tv kijken, en internet. Maar dat heb ik niet. Ik heb al 15 jaar een computer. Maar geen internet. Ik ken onderhand dat hele Windows XP uit mijn hoofd grinnikt ie. Een bejaarde vrouw loopt langs met haar stok en de boodschappenkar achter zich aan. De bloemen staan nog hoor!! Ja die horen we dus wel vaker hè, zegt Adje.
Bloemen apart verkopen, als tak in een plasticje, ik vind het allemaal belachelijk. Dat zou ik nóóit doen, zegt Sonja. Daar begin ik niet aan. Zij en Adje zijn trouwens van plan nog lang door te gaan in de bloemen. Je blijft zo lekker onder de mensen. Wat moet ik thuis doen? Je bent een keer uitgestofzuigd, je gaat de straat op en dan ga je geld uitgeven. Shoppen. Dan kun je toch zeker veel beter hier zitten?
Op deze plek bent u inmiddels gewend aan de wederwaardigheden in en rond de bloemenstal van Sonja en Adje. Op de hoek van Woustraat en Pieter Aertszstraat. Maar Adje sukkelt nogal met zijn gezondheid, reden waarom Sonja er de laatste tijd meestal in haar eentje voorstaat. De laatste weken was het dus razend druk, daar kwam dan ook nog eens Moederdag bij, een van de topdagen in het jaar. Kortom: even geen tijd om de buurvrouw te woord te staan. In de volgende Pijpkrant zullen we in Geuren en Kleuren weer verslag doen vanuit de stal.
Deb heb de beste patat
Een andere geur- en kleurrijke plek is snackbar (of snakbar, zoals de klanten zeggen) Mash van Debby, aan het Gerard Douplein. Als we binnenvallen op een doordeweekse middag heeft zich de vaste klantenkring verzameld: een grijzende meneer lost in een hoekje onverstoorbaar het cryptogram op uit de krant. Verder is de kleine ruimte volop gevuld met drie generaties vriendinnen van Debby: Oma (‘van de Pijp’), dochter Rachel en haar twee kids Senna en zoontje Anouar, die nog in de wagen ligt. Als ik oma vraag hoe je die laatste naam spelt moet ze even nadenken. Had hem dan ook gewoon Henk genoemd! Merkt ook aanwezige vriendin Wanda op. Verder zit hier nog Sandra en ook Debby’s dochtertje Rosa scharrelt rond. Zij huppelt met Senna het bakgedeelte van Mash in. Hoho! In de voorgevel blijven hoor, roept oma. De dames komen allemaal al zo’n achttien jaar elke dag in de snakbar. Vanaf het begin, ze zijn buurtjes’ en dikke vriendinnen van Debby. Met z’n allen hebben ze zojuist een lading barra’s gegeten, van een Surinamer van de Cuyp. Het fijne hier is ook, je mag gewoon roken, want ja het is een eenpersoonszaak hè. Elke dag is het hier buurtinvatsie zegt oma. En Deb heb de beste patat van de hele Pijp! Ik vraag de dames of ze André Hazes hebben gekend. Nou, vertelt Deb, mijn oom Johnny Kraaijkamp senior heeft hem nog ontdekt. Dat was op de Albert Cuyp.
Veel beeldende elementen aan de muren van Mash. Telekids staat keihard op, op de ruit zijn een kop koffie en broodje met roze hamburger geschilderd. Er hangt een kleurig peuterschilderij en een doekje met rennende olifanten. Een pop van Ernie met een grote zonnebril op. Crystals Gel staat op een plankje, voor de frisse lucht vermoed ik.
Het hondje van Wanda heeft vanochtend haar hele wenkbrauwenpotlood opgegeten. Had je maar geen hond moeten nemen merkt Rachel op. Goh Bassie en Adriaan zijn op de buis. In tropische oorden zo te zien. Da’s Curacao zegt Wanda, zat ik er maar. Ik vraag me af of de oranje slingers op het plein nog van Koninginnedag zijn, en waarom ze er nog steeds hangen. Ja voetbal komt er weer aan hè, zegt oma, dus dat kan gewoon blijven hangen. Anders wordt het overwerk. Oma draagt boven haar bril een hippe witte pet waar haar paardenstaart met roze elastiek onderuit floept. Hee, dat lijkt wel Japans zeg ik, die tekens op je pet. Nee hoor, is gewoon New York. Kijk dan, een N en een Y, maar dan anders. Nu zie ik het ook.
Oma richt zich weer even tot Rosa en Senna. Blobberdeblopperdeblop in je zandkasteel! Ze gaan weer buiten spelen, en Senna komt even later weer binnen. Wanda roept: Oh Rachel ze heeft een vieze duivenveer. Gelijk je handen wassen!!
Proost!
Wij verkopen helaas geen gekoeld bier meer zegt een briefje op de deur van Albert Heijn. Schippers, die van gezondheid gaat die wel op de tribune zitten vanavond? Dat ze maar een goeie bal voor d’r kanis krijgt. Adje gaat even weg. Denk je aan m’n eieren schat? Welke eieren?? Als je daar blijft staan dan ga ik ermee gooien zegt Sonja.
Een klant twijfelt: ze zijn wel lang hè die lelies, kun je ze ook korter maken? Je kan ze héél kort maken, ik kan er zelfs een drijfschaal van maken. Dat is nou ook weer niet de bedoeling. Sonja zet de pioenrozen vooraan, die moeten blijkbaar weg. Intussen komt het bier hard de Albert Heijn uit. Een paar vrouwen passen hun net gekochte stapel oranje hoedjes. Ga je d’r tegen aan meid!? Een oudere klant komt even klagen: een jonge dokter had hem het verkeerde medicijn gegeven, prompt lag ie op de hartbewaking. Je moet die jonge dokter aanklagen, adviseert Sonja. Ja ja!! Veel scootmobielen vandaag, rolstoelen en cantas. Op een ervan zit een man als een amazone. Een paar buurtbewoners met scootmobielen worden besproken. Eentje ervan rijdt je in de AH van je sokken als je niet uitkijkt volgens Adje. Hai lieverd heb je lang niet gezien!! Roept Sonja tegen het zoontje van een klant die wat komt uitzoeken. Vijf euro de tien, die zijn 3,50 een bos. OK!! Zegt de kleine. Heb jij misschien een idee? Vraagt de volgende klant. Ja, als ik het mag zeggen, dan moet je toch oranje nemen vindt Sonja. De vrouw gaat weg met oranje chrysanten. Een scooter met twee oranje gasten komt recht op de deuren van Albert Heijn afgereden, daar wordt ie geparkeerd. Nou nou. Bier zeker, nee peuken.
Een vrouw heeft net niet genoeg geld bij zich denkt ze, voor haar bosje. Geef maar alles. Vijf cent te kort. Kom morgen maar brengen bromt Ad. Dan zijn ze dicht. Er staat een man, al behoorlijk dronken, die neemt nog een slok uit z’n plastic flesje, geen cola zo te zien. Jointje d’r bij. Dag Cobus! Coby komt erbij. Heb jullie gemist, dacht als het langer duurt dan ga ik bellen. Nee joh, we waren een weekje weg, effe er tussenuit. Coby gaat verhuizen, naar een huisje op de Albert Cuyp. Ik kijk zó op de kramen. Wat gezellig… fijn voor je, lekker! Ja, ik dacht ik wil toch een beetje in de drukte blijven.
De voorbeschouwing is al begonnen, horen we via via. Sonja vindt Johan Derksen een verschrikking. Net een zieke zeehond met die snor. Daar komt een flinke boezem voorbij, met wapperende veren aan haar oren, ultrakort strak rokje, AH-tas. Allemaal oranje. Gecompleteerd door KNVB-shirt en goudkleurige sneakers. Jij bent er klaar voor! roept Sonja. Mevrouw mevrouw!! De blonde studente is zich van geen kwaad bewust met haar fiets. Zet ‘m even tegen het raam aan schat! Met een buurman worden wat mixdrankjes besproken. Tequila Sunrise, Wodka Lime, daar doen ze dan van dat krusijs bij zegt Sonja, lekker! Of Bombay met tonic, ook heerlijk. En dat ene, die K…K…K…Sonja kan er niet opkomen. K3! Roept Adje. Nee…hè…Caipirinha!
Voorpagina Pijpkrant, juni 2012. Concept, gedicht over De Pijp en 7 foto’s @Copycut